Vroegmiddeleeuws Europees netwerk van glasproductie in Nederland ontdekt
In een baanbrekend onderzoek, uitgevoerd in opdracht van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) door een internationaal team van wetenschappers, is vastgesteld dat de vroegmiddeleeuwse glasproductie in Nederland deel uitmaakte van een uitgebreid Europees netwerk.
Nieuw en gerecycled glas werd geïmporteerd in onze streken en er werden soms nieuwe kleuren aan gegeven om vervolgens kralen en bekers te maken. Deze bevindingen werpen een nieuw licht op de handelsrelaties en technische vaardigheden in Nederland tijdens de vroege middeleeuwen.
Nieuwe kijk op vroegmiddeleeuwse Nederlandse samenleving
Dit onderzoek verandert onze kijk op de vroegmiddeleeuwse Nederlandse samenleving en haar connecties met de rest van Europa. We hebben niet alleen bewijs gevonden van geavanceerde technische vaardigheden, maar ook van een vroeg economisch netwerk dat over het continent verspreid was.
Onder leiding van Dr. Hongjiao Ma, Professor Julian Henderson en Yvette Sablerolles van de University of Nottingham, samen met Simon Chenery en Jane Evans van de British Geological Survey, toont het onderzoek aan dat glas niet alleen lokaal werd geproduceerd, maar ook werd geïmporteerd.
De onderzoekers brengen voor het eerst uitgebreid gecombineerd archeologisch, technologisch en wetenschappelijk onderzoek samen, inclusief chemisch en isotopenonderzoek, naar de vroegmiddeleeuwse glasproductie in Nederland. Vroegmiddeleeuws glasproductieafval dat in dit project is onderzocht kwam uit het hele land (Maastricht, Gennep, Wijnaldum, Utrecht, Wijk bij Duurstede, Susteren, Deventer). In hun rapport brengen ze niet alleen de relaties tussen de chemische analyses , archeologische context, dateringen en veranderingen in glastechnologieën in kaart, maar ook de sociaaleconomische en politieke factoren die van invloed waren op glasproductie.
Romeinse mozaïeken
Het gebruikte glas blijkt deels te zijn gerecycled – er werd bijvoorbeeld veel gebruikt gemaakt van glas uit Romeinse mozaïeken – maar er werd ook “vers” glas direct aangevoerd. Soms werden specifieke metalen toegevoegd aan het glas om het ondoorzichtig geel of wit te maken. Met name in Maastricht lijkt dat op grote schaal te zijn gebeurd. In de vroegste periode (Merovingische periode; 450-750 n.Chr.) kwam veel van het glas uit Egypte. In de Karolingische periode (750-850 n.Chr.) werd meer glas gerecycled. Al dit glas is gemaakt op basis van soda, dat afkomstig is uit de Egyptische woestijn.
Vanaf ca. 800 n.Chr. komen nieuwe soort ruw glas beschikbaar. In het huidige Duitsland en mogelijk België en Noord-Frankrijk wordt glas gemaakt op basis van hout-as. In West-Azië (Noord-Syrië, Irak/Iran en de Levant) komt dan ook glas beschikbaar dat wordt gemaakt op basis van plant-as. Dit komt waarschijnlijk via Viking-handelsnetwerken in Nederland terecht. In Nederlandse vindplaatsen (met name Deventer) komen beide glassoorten voor, naast ouder gerecycled glas.
De grote hoeveelheden productieafval uit Maastricht duiden er op dat daar een permanente productielocatie was. Daarnaast werden kralen in Nederland waarschijnlijk vooral gemaakt door rondtrekkende ambachtslieden.
De resultaten van het onderzoek zijn van onschatbare waarde voor historici, archeologen en iedereen die geïnteresseerd is in de culturele erfgoed en geschiedenis van Europa. Het volledige rapport: ‘Early medieval glass production in the Netherlands'.