Moet je kijken
Weblog
Aat Veldhoen begon zijn carrière als tekenaar maar maakte ook grafiek, schilderijen, beelden, foto’s en prenten. In de jaren zestig werd hij bekend met zijn op een offsetpers in een grote oplage gedrukte ‘rotaprenten’. Veldhoen wilde zijn kunst voor iedereen bereikbaar maken en verkocht de prenten vanuit zijn bakfiets voor drie gulden per stuk.
Hij prees zichzelf uit de markt met deze goedkope ‘grafiek voor het volk’ zoals hij zijn prenten noemde, waardoor hij gebruik moest maken van de Beeldende Kunstenaarsregeling. Via deze sociale regeling werd de Rijksdienst eigenaar van dit grote schilderij, een van de 39 werken die de dienst van hem bezit. Veldhoen maakte ook een affiche van het schilderij, een uitsnede van alleen de vrouw en de peuter, bedoeld voor een verkooptentoonstelling in 1974 van zijn werk in de galerie van Nanky de Vreeze in Eck en Wiel.
Veldhoen schilderde het liefst het vrouwenlijf en erotische voorstellingen. Maar eigenlijk was de hele wereld zijn onderwerp, die hij vol verwondering observeerde. ‘Moet je kijken’, riep hij vaak uit. Hij maakte landschappen, stadsgezichten, portretten van zichzelf en anderen. Zijn echtgenotes, kinderen en vrienden waren dankbare modellen. De vrouw op dit schilderij is zijn tweede vrouw Kabul, het mollige peutertje hun oudste dochter Gala. Een magistraal berglandschap strekt zich voor hun uit, naar de verte toe in steeds lichtere tinten groenblauw tot de violette bergen. Moet je kijken...
De tentoonstelling ‘Levenskunst’ met werk van Aat Veldhoen is te zien tot en met 13 april in museum Kranenburg in Bergen