Trillingen in collecties en tijdens transport
Weblog
Niet de kleine bewegingen van trillingen tijdens het vervoer, maar de grotere schokken als gevolg van hanteren - laden, lossen, overslag en verpakken - zijn meestal de veroorzakers van veranderingen aan objecten tijdens het hele transportproces. Dat is de conclusie van een grootschalig, internationaal onderzoek naar schade bij transport. Met de gehanteerde werkwijzen van de onderzochte musea blijkt het risico op schade door trillingen heel klein. Dat wil niet zeggen dat er geen schade door trillingen zou kunnen optreden, maar de risico’s van directe menselijke handelingen zijn groter.
De resultaten van dit onderzoek zijn op 30 november 2023 in CollectieCentrum Nederland gepresenteerd. Onder de titel ‘Vibrations in collections and in transport’ deelden Meghan Harvey, Arne Johnson en Bill Wei hun bevindingen en ervaringen aan de 80 live aanwezige en meer dan 250 online deelnemers, wereldwijd.
Onderzoek naar schade tijdens transport
Voor het onderzoek bestudeerde Bill Wei de conditierapportages van 3169 objecten die op bruikleen gingen, van twaalf internationale musea. Vaak ging een aantal objecten samen op reis en naar meerdere locaties achter elkaar; alles bij elkaar 1973 transportbewegingen. Het meeste ging per vrachtwagen, ruim 300 per vliegtuig en twee met de boot. Er werden allerlei soorten verpakkingen gebruikt. Met inpakken, transport, overslag en uitpakken, heen en terug ging het in totaal om bijna 20.000 hanteermomenten.
Wei vergeleek de rapporten van de koeriers met elkaar om veranderingen als gevolg van transport te kunnen vaststellen. Voor elk object vergeleek hij
- het rapport dat was opgemaakt bij aankomst (eventuele schade door transport),
- het rapport na afloop van de tentoonstelling (eventuele schade tijdens de tentoonstelling),
- het rapport bij aankomst terug in de collectie (schade door transport).
De veranderingen verdeelde hij in drie categorieën: gering, serieus en ‘bad’ (=onacceptabel).
[Tekst gaat verder onder de foto]
Wel effecten, bijna geen trillingsschade
In totaal werden 197 veranderingen geconstateerd, waarvan 21 serieus en 15 ‘bad’. De meeste veranderingen werden bij schilderijen gerapporteerd waarvan ongeveer de helft op de lijsten. In de meeste gevallen van ‘bad’ betrof het installatiekunst. Op zoek naar de oorzaak van de veranderingen bleek dat meer dan de helft van die gevallen het gevolg was van hanteren (shock) en van verkeerde verpakking (druk of wrijving wanneer het object te los of te strak in de kist zat). Opmerkelijk genoeg kon bijna geen van de ‘schades’ worden herleid tot trillingen.
Dat wil niet zeggen dat er geen schade door trillingen zou kunnen optreden. Bij de selectie van de onderzochte objecten zal voorafgaand aan een bruikleen goed naar kwetsbaarheid en risico’s zijn gekeken. En als kwetsbare objecten op reis gaan, krijgen ze vaak extra zorg, denk aan pastels. Bij de 47 onderzochte werken in pastel of houtskool werden geen veranderingen geconstateerd. In sommige gevallen wordt geaccepteerd dat kleine veranderingen zouden kunnen optreden, zoals bij natuurlijke materialen.
Kijk de workshop terug
Meer weten over trillingen in collecties, tijdens transporten, tijdens evenementen of tijdens bouwwerkzaamheden? Kijk voor het hele verhaal de workshop ‘Vibrations in Collections and in Transport’ terug.