Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
510684
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82751/17
Kadastrale aanduiding
Bedum K 1670
Schultingastraat 1, 9781 GA te Bedum

Omschrijving

Inleiding

GEREFORMEERDE KERK, Goede Herderkerk of Noorderkerk genaamd, gebouwd in de jaren 1937-1938 in een stijl die zowel kenmerken van de Amsterdamse School als de Delftse School vertoont. E. Reitsma uit Groningen was de ontwerpende architect van het gebouw en A. Wiersema uit Bedum de uitvoerend architect. Het kerkgebouw heeft een plattegrond in de vorm van een Grieks kruis met op de zuidoostelijke hoek een toren, aan de zuidkant een aanbouw voor het catechisatielokaal en aan de zuidwestzijde een aanbouw voor de kerkeraadskamer. Het totaal aantal zitplaatsen in de kerk bedraagt ongeveer 600. De bedoeling was dat het aantal zitplaatsen later eventueel kon worden uitgebreid door de bouw van een drietal gaanderijen, hetgeen echter niet heeft plaats gevonden. Het timmerwerk werd uitgevoerd door S. Lap uit Winsum, het meubilair werd gemaakt door K. Drijfhout uit Bedum, het lood- en zinkwerk werd uitgevoerd door de gebroeders Bodewes uit Bedum en het verf- en glaswerk door Smit uit Middelstum. Het orgelinstrument, gebouwd in 1941 door de firma Valckx en Van Kouteren & Co. uit Rotterdam, wordt wegens te weinig monumentale waarde niet van rijkswege beschermd. In 1976 vonden er enkele verbouwingen van de bijruimten aan de westgevel plaats.

De Goede Herderkerk is de laatste kerk die architect E. Reitsma voor de Tweede Wereldoorlog bouwde. Wat de opbouw en inrichting betreft, vertoont deze kerk kenmerken die typerend zijn voor de vooroorlogse kerken van Reitsma, zoals de Griekse kruisvormige plattegrond, het waaiervormige bankenstelsel en het parabool kruisgewelf. Wat de vormgeving betreft vertoont deze kerk meer invloeden van de Delftse School dan vroegere kerken van Reitsma, die meer in de stijl van de Amsterdamse School zijn opgetrokken. Reitsma heeft in het ontwerp van de Goede Herderkerk zijn vroegere expressieve vormgeving verruild voor een strakkere en meer in de stijl van de Delftse School. Bijzonder is overigens dat de Goede Herderkerk glas-in-lood vensters heeft met figuratieve voorstellingen uit het Oude Testament, hetgeen bij gereformeerde kerken ongebruikelijk is. De Goede Herderkerk werd gebouwd in de toenmalige uitbreiding van het dorp Bedum, Nieuw-Bedum genaamd, die in het MIP is aangeduid als gebied met bijzondere waarde. De kerk is gelegen aan een pleinvormige ruimte, waar drie wegen samenkomen. Het gebouw sluit deze ruimte aan de noordzijde af en vervult hierdoor een beeldbepalende functie in de ruimtelijke opbouw van zijn omgeving.

Omschrijving

Kerkgebouw op plattegrond van een Grieks kruis met aangebouwde toren, catechisatielokaal en kerkeraadskamer. De gevels zijn opgemetseld van gesinterde rode baksteen, hebben een trasraam van donker gesinterde rode steen en worden beëindigd door een rechte goot. De vensters zijn segmentboogvensters beëindigd door een rollaag; de vensters van het kerkgebouw zelf zijn samengesteld en hebben allemaal gekleurd glas-in-lood. Het pand wordt gedekt door een samengestelde kap van geglazuurde zwarte opnieuw verbeterde Hollandse (romaanse) pannen. Alle vier gevels van het kerkgebouw zijn topgevels. De hoofdgevel, zuidgevel, is een topgevel met zeven segmentboogvensters met gezamenlijke onderdorpel en daarboven vijf gelijke vensters waarvan de middelste groter is; tussen beide vensterpartijen staat in smeedijzeren letters GOEDE HERDER KERK; op de hoeken van de topgevel oren en in de geveltop een verticaal bakstenen element; aan weerszijden van de topgevel springt de gevel terug. Op de westelijke hoek van de zuidgevel een uitgebouwd portaal met opgeklampte deur en daarachter de aanbouw van de kerkeraadskamer. De aanbouw wordt gedekt door een zadelschilddak en heeft in de zuidgevel drie kleine vierkante vensters en een groot horizontaal samengesteld venster. Aan de westgevel van de kerkeraadskamer bevindt zich een hekwerk bestaande uit een gemetselde pijler en twee beweegbare hekken van smeedijzer.

Op de oostelijke hoek van de zuidgevel de aanbouw van het catechisatielokaal. De aanbouw heeft een rechthoekige plattegrond en wordt gedekt door een zadeldak; de zuidgevel van de aanbouw is een tuitgevel met aan weerszijden een krimp en in de topgevel een rond venster; in de westgevel van de aanbouw een opgeklampte deur en een horizontaal samengesteld venster; in de oostgevel een zelfde venster en een opgeklampte deur met bovenlicht en lage bakstenen stoep. Tussen beide aanbouwen aan de zuidgevel, aan de pleinvormige ruimte, bevindt zich een grote, brede stoep van baksteen.

In de hoek van de zuidelijke en oostelijke arm van het Griekse kruis bevindt zich een toren op vierkant plattegrond, gedekt door een getrapt zadeldak. De toren heeft smalle verticale vensters; onder de eerste goot in elke gevel een groot rond venster met ijzeren roedenverdeling; in het bovenste deel aan de oost- en westzijde twee segmentboogvensters met roosters.

De oostgevel heeft dezelfde topgevel als de zuidgevel, maar in plaats van de onderste zeven segmentboogvensters elf en in plaats van de bovenste vijf vensters zeven vensters. De noordgevel heeft eveneens dezelfde topgevel als de zuidgevel, maar heeft op de begane grond op beide hoeken een uitgebouwd portaal met zadeldak. Het noordelijk portaal heeft een dubbele opgeklampte deur met bakstenen stoep met aan weerszijden een muur; in de noordgevel en zuid- en noordgevel kleine vierkante vensters. Het zuidelijk portaal heeft een opgeklampte deur in de oostgevel en in de noordgevel twee kleine vierkante vensters.

De westgevel heeft een nok die ongeveer een halve meter lager ligt dan die van de rest van het dak; het lager gelegen zuidelijke dakschild loopt door tot de nok van de aanbouw van de kerkeraadskamer. De topgevel van de westgevel wordt in tweeën gedeeld door een verticaal element van baksteen met op de eerste verdieping aan weerszijden drie segmentboogvensters. Op de begane grond is de westgevel een meter uitgebouwd en wordt beëindigd door een plat dak; dit uitgebouwde gevelgedeelte, dat aansluit op de kerkeraadskamer, is deels gewijzigd.

Het INTERIEUR van het kerkgebouw is, wat indeling betreft, grotendeels oorspronkelijk. De bijruimten zijn vrijwel allemaal gewijzigd. De kerkzaal wordt overspannen door een parabool kruisgewelf dat in de hoeken door middel van gedecoreerde houten consoles op het muurwerk steunt. In de westelijke, korte zijbeuk bevindt zich op een podium een houten kansel in de stijl van de Amsterdamse School. Aan weerszijden van de kansel staan banken voor de leden van de kerkeraad. Boven de kansel is op een balkon het orgel geplaatst; in de rand van de vloer van het balkon staat de tekst: SOLI DEO GLORIA. De houten banken zijn vormgegeven in de stijl van de Amsterdamse School en in waaiervorm opgesteld. In de noordelijke en zuidelijke zijbeuk bevindt zich op elke hoek een uitgang. De vensters van de zuidelijke, oostelijke en noordelijke zijbeuken hebben allemaal gekleurd glas-in-lood met voorstellingen uit het Oude Testament.

Waardering

Gereformeerde kerk van algemeen cultuur- en architectuurhistorisch belang:

- als voorbeeld van gereformeerde kerkbouw uit de jaren dertig van de 20ste eeuw in de provincie Groningen

- als representant van het vooroorlogse oeuvre van E. Reitsma

- vanwege de hoogwaardige esthetische kwaliteit van het ontwerp

- vanwege het bijzonder materiaalgebruik en de ornamentiek

- vanwege de bijzondere samenhang tussen in- en exterieur

- vanwege de hoge mate van gaafheid van zowel in- als exterieur

- vanwege de beeldbepalende ligging in het gebied met bijzondere waarde Nieuw-Bedum

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Ja Religieuze gebouwen Kerk en kerkonderdeel Kerk Geref. Kerken in Nederland

Bouwactiviteiten

Werkzaamheid Van Tot Nauwkeurigheid Toelichting
vervaardiging
1937
1938
exact
verbouwing
1976
1976
exact

Bouwstijlen

Bouwstijl Zuiverheid Toelichting Rijksmonumentnummer
Traditionalisme
invloeden
Expressionisme
invloeden