Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
529885
Complexnummer
529880 - Maastunnel
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82976/120
Internationaal kenteken
Nee
Kadastrale aanduiding
Charlois E 5426
Delfshaven G 637
Delfshaven G 64
Charlois E 5330
Charlois E 5479
Delfshaven G 386
Charlois A 3878
Rotterdam, tussen Parkkade en Oud-Charlois

Omschrijving

Complexonderdeel 5

Inleiding

Betonnen, circa 552,15 m lange VERKEERSTUNNEL. De afwerking en aansluiting op de ventilatiegebouwen van de in ruwbouw verzonken tunnelstukken geschiedde onder water en onder de grond. Hier werden de met kruisen verstijfde eindschotten verwijderd en de vier tunnelwanden van respectievelijk de autotunnels en de fiets- en voetgangerstunnel doorgetrokken. Vervolgens werden de ventilatiekanalen, de rijvloeren, de afscheiding tussen fiets- en voetgangerstunnel, de inspectiepaden, de betegeling en de elektrische installatie aangebracht. In 1939 liet men het eerste tunnelstuk zinken. Begin 1940 was de bouw zo ver gevorderd dat men via de tunnel beide oevers kon bereiken.

N.B. De oorspronkelijke klinkerbestrating is in de loop der jaren vervangen door asfalt.

Omschrijving

De betonnen VERKEERSTUNNEL bevat twee kokers voor autoverkeer, een fietstunnelkoker en een voetgangerstunnelkoker in de Nieuwe Maas. Aan weerszijden van de tunnel onder water bevindt zich een open 'landtunnel' van gewapend beton en alleen bestemd voor autoverkeer (de traverse; zie onderdeel 6). Het riviergedeelte van de tunnel is aangelegd met de zogenaamde zink- en sleufmethode in een uitgebaggerde geul in de bodem van de rivier. De tunnel is samengesteld uit negen tunnelstukken van 61,35 m lang, 25 m breed en 9 m hoog. De doosvormige segmenten van gewapend beton zijn bekleed met 6 mm dikke stalen bodem- en zijwandplaten en vervaardigd in het gemeentelijk bouwdok aan de Heijsehaven. De autotunnels, een westelijke voor het verkeer vanaf de noordoever en een oostelijke voor het verkeer vanaf de zuidoever, zijn beide inwendig 6 m breed bij een hoogte van 4.20 m. De zijwanden zijn op tweederde hoogte bovenaan afgeschuind en geheel betegeld met langwerpige witte tegels (12,5 x 25 cm), speciaal vervaardigd door de N.V. de Sphinx, Petrus Regout & Co te Maastricht. De plafonds zijn behandeld met een witte 'cementpasta'. Aan weerszijden van de afscheiding tussen beide tunnelkokers bevindt zich een verhoogd inspectiepad met een eenvoudige ijzeren balustrade. Ter hoogte van de ventilatiegebouwen bevinden zich ijzeren deuren, die toegang geven tot het trappenhuis van het ventilatiegebouw en als nooduitgang dienen. De autotunnel bevat een systeem van dwarsventilatie: in het onderste deel van de buis, vlak onder de vloer, wordt de verse lucht aangevoerd via perskanalen en bovenin door openingen aan het begin en het uiteinde van de tunnel, wordt de verontreinigde lucht afgezogen en via de zuigkanalen naar buiten afgevoerd. De ventilatie vindt plaats in acht afzonderlijke secties, per sectie zijn twee pers- en zuigventilatoren aanwezig. De snelheid van de motoren wordt bepaald door het C02-gehalte, aangegeven door in de tunnel verspreide C02-meters. De in totaal 32 ventilatoren zijn opgesteld in de twee ventilatiegebouwen. De tunnel wordt verlicht door circa duizend natriumlampen, oorspronkelijk verzonken in de afgeschuinde delen van de tunnelwanden en in het plafond. De splitsing van beide tunnelrichtingen wordt bij de mondingen van de tunnel bekrachtigd door een vooruitstekende granieten muur met aan weerszijden een elegant trapje naar de inspectiepaden. Hierboven bevinden zich schelpvormige betonnen gewelven. Direct ten oosten van de autotunnel bevinden zich de boven elkaar gesitueerde fietsers- en voetgangerstunnelkoker, die via roltrappen in verbinding staan met de toegangsgebouwen. De fietserstunnel is inwendig 4.95 m breed en in twee banen opgedeeld. In het portaal van de fietstunnel is op de westwand een bronzen reliëf bevestigd ter nagedachtenis aan burgemeester mr. Pieter Droogleever Fortuyn (1868-1938), die destijds het startsein heeft gegeven voor de bouw van de tunnel. De iets smallere voetgangerstunnel (4.37 m) bevindt zich onder de fietserstunnel en is via een ronde betonnen trap met koperen armleuning bereikbaar. De wanden van de, vanaf de helft afgeschuinde, fietsers- en voetgangerstunnel zijn conform de autotunnel betegeld. De belichting geschiedt hier door gele natriumlampen, verzonken in de afgeschuinde delen van de tunnelwand. Aan het begin van beide tunnelingangen hangt een lichtbak met in eenvoudige zwarte letters de tekst: "HIER OPSTAPPEN".

Waardering

De Maastunnel, de eerste onderwaterTUNNEL voor auto-, fiets- en voetgangersverkeer in Nederland, van algemeen belang vanwege grote cultuur- en architectuurhistorische waarde, alsook vanwege stedenbouwkundige en bouwtechnisch innovatieve waarde. Binnen het oeuvre van architect Van der Steur neemt de Maastunnel bovendien een belangrijke positie in.

Dit monument maakt onderdeel uit van complexnummer 529880. Hier vindt u meer informatie over het complex en de bijbehorende monumenten.

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Ja Weg- en waterbouwkundige werken Weg(C) Tunnel

Bouwactiviteiten

Werkzaamheid Van Tot Nauwkeurigheid Toelichting
vervaardiging
1937
1942
exact

Bouwtypen

Hoofdcategorie Subcategorie Bouwtypen Toelichting
Handelsgebouwen, opslag- en transportgebouwen Transport

Bouwstijlen

Bouwstijl Zuiverheid Toelichting Rijksmonumentnummer
Expressionisme
stijlzuiver