Onderzoek gezonken onderzeeboten in Maleisische wateren

Een team van maritiem-archeologen van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed en militairen van de Koninklijke Marine hebben van 15 juni tot en met 1 juli 2024 onderzoek gedaan naar twee onderzeeboten die tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn gezonken in Maleisische wateren. De expeditie is uitgevoerd in goede samenwerking met de Maleisische autoriteiten, die aan deze missie alle medewerking hebben verleend.

De onderzeeboot Hr.Ms. O20 lag op de plek waar deze werd verwacht. Bij het verloren gaan van deze onderzeeboot zijn zeven bemanningsleden omgekomen. De onderzeeboot Hr.Ms. KXVI is helaas niet meer aangetroffen. Deze onderzeeboot is illegaal geborgen. Daarmee is het oorlogsgraf van de 36 bemanningsleden geschonden.

[Tekst gaat verder onder de foto]

Een rubberboot op open zee. Een duiker is net het water in gesprongen vanaf de boot.
Beeld: RCE / Martijn Manders
Duikers van de RCE en de Maleisische Marine duiken op het wrak van de onderzeeboot O20.

Maleisië

Nederland en Maleisië hebben gezamenlijk maritiem-archeologisch onderzoek uitgevoerd op de locaties van de wrakken van de KXVI en de O20. Hierbij werd nauw samengewerkt met de Ministeries van Defensie, Cultuur en Buitenlandse Zaken van beide landen.

De O20 werd aangetroffen op de verwachte locatie, maar de KXVI blijkt illegaal geborgen. Op deze locatie werd geen wrak aangetroffen, alleen vergraven grond en achtergebleven ijzeren platen en andere objecten van zowel de bergingsactiviteiten als vermoedelijk van de onderzeeboot.

Eerdere expeditie

Bij een expeditie in Maleisische wateren in 2019 bleken al twee andere onderzeeboten, Hr.Ms. KXVII en Hr.Ms. O16, te zijn verdwenen als gevolg van illegale bergingen. Ook toen werkte de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed constructief samen met de Koninklijke Marine en de Maleisische overheid.

Martijn Manders, maritiem archeoloog van de RCE, leidde beide expedities: ‘Gezien de eerdere ervaringen van 2019 en omdat ook de KXVI was verdwenen, was er maar weinig hoop voor de O20. We waren dan ook heel blij en verrast om te ontdekken dat deze onderzeeboot er toch nog ligt!’

Het ijzer van deze schepen is kostbaar en gewild. Het is van uitzonderlijk hoge kwaliteit omdat dit vervaardigd is voordat vanaf 1945 kernwapens in de atmosfeer zijn ontploft. Daardoor is het ijzer bij de productie niet blootgesteld aan radioactiviteit en heeft het een lage achtergrondstraling.

[Tekst gaat verder onder de foto]

5 personen staan en zitten onder een tent op het dek van een zeeschip. Ze zijn omringd door apparatuur en kijken naar een scherm.
Beeld: RCE / Martijn Manders
Met behulp van een onderwaterrobot (ROV) wordt de O20 in kaart gebracht. Gespannen kijken collega’s mee met de camera die op de ROV zit.

Beheerplan cultureel erfgoed

De komende tijd wordt met de Maleisische overheid overlegd hoe de O20 het beste beschermd kan worden tegen illegale bergers. Hiervoor dient een langdurig beheerplan te worden opgesteld. Ook de locaties waar de andere onderzeeboten zijn gezonken, zijn nog altijd van waarde als gedenkplaats. Voor deze locaties wordt eveneens een plan uitgewerkt.

Laatste rustplaats

De gezonken onderzeeboten vormen de laatste rustplaats van de opvarenden. Het zijn oorlogsgraven. Net als vijf jaar geleden, is nu ook een herdenkingsceremonie gehouden door de Nederlandse expeditieleden.

De nabestaanden van de omgekomen militairen zijn inmiddels geïnformeerd over de bevindingen van het expeditieteam. Dit najaar zal nog een speciale bijeenkomst voor de nabestaanden worden georganiseerd.

2 personen staan en zitten achter een tafel op dek van een schip op zee. Ze worden omringd door apparatuur en kijken naar een scherm waarop onderwaterbeelden te zien zijn.
Beeld: RCE / Martijn Manders
Een medewerker van de Koninklijke Marine bestuurt de onderwaterrobot (ROV) behendig over de wraklocatie van de O20.