Werkdruk en capaciteit
Er zijn gaandeweg steeds meer taken gedecentraliseerd naar gemeenten; vaak zonder extra financiële middelen. De werkdruk in de gemeentelijke erfgoedsector is hoog. Hoe houd je het hoofd boven water?
Marjolein Sanderman (beleidsadviseur erfgoed gemeente Rheden): "Het vergt een andere manier om volgens de principes van de Omgevingswet te werken, maar ik ben ervan overtuigd dat dit tot een betere kwaliteit kan leiden. Tegelijkertijd merk ik dat de werkdruk enorm toeneemt. De samenleving verwacht dat je sneller reageert dan vroeger het geval was. Participeren kost gewoon tijd."
Essentieel is dat de input van inwoners bij trajecten die zijn opgestart, goed in de tijd en de planning ingebed worden. Nu komt het nogal eens voor dat projecten een vervelende start hebben en vervolgens stil komen liggen. Dat is fnuikend. Het interactief in gesprek zijn met ‘de buitenwereld’ schept verantwoordelijkheid en verplichtingen. Dat besef dringt ambtelijk, maar niet per definitie bestuurlijk door. Een bestuur kan een traject tijdelijk stilleggen vanwege andere prioriteiten. Maarten Van der Leeden (beleidsadviseur ruimtelijke ontwikkeling in het buitengebied gemeente Rheden): “Ik denk dat de politiek nogal eens ontkent dat participatie en interactie met de samenleving - wat we allemaal willen, als gemeente en als samenleving - heel veel capaciteit kost. Je doet het er niet even bij, en al helemaal niet als je de samenleving het gevoel wil geven dat je haar serieus neemt.”
Valesca Van den Bergh (beleidsadviseur monumenten en cultuurhistorie gemeente Stichtse Vecht): “Je moet beklemtonen dat je je huiswerk op orde moet hebben, en dat er anders veel zaken blijven liggen. We hebben een cultuurhistorische waarden kaart gemaakt, die je moet blijven actualiseren. Het is wishful thinking om te denken dat alles ooit op die kaart terecht komt.”
In Stichtse Vecht zal de ontwikkeling van de organisatie met de komst van de Omgevingswet nogal veranderen. De gemeente is in 2011 door fusie tot stand gekomen en heeft nog geen gemeenschappelijk structuurplan. Met de omgevingsvisie en het omgevingsplan ontstaat de mogelijkheid om het aantal fte’s dat nodig is opnieuw te berekenen.
Tom Verkammen (procesmanager ruimtelijke ontwikkeling gemeente Stichtse Vecht): "Ik vind dat we momenteel te weinig fte’s hebben, met zoveel Rijks- en gemeentemonumenten en een bijzonder landschap. Het aantal fte’s zou hoger kunnen om de kwaliteit beter te kunnen bewaken." Valesca van den Bergh (beleidsadviseur monumenten en cultuurhistorie gemeente Stichtse Vecht): "Natuurlijk is er soms onwil bij initiatiefnemers, maar veel vaker is het zo dat mensen niet beseffen wat de erfgoedwaarde van een monument is. Dat kost veel tijd. Daarom is het noodzakelijk dat bewustzijn van erfgoed voortdurend de aandacht krijgt. Daar heb je wel de mensen en de mankracht voor nodig."
"Als erfgoedambtenaar ben je afhankelijk van je omgeving."
Leiden is relatief goed in staat om erfgoed onder de aandacht te brengen. Als tip voor kleinere gemeenten wordt het inhuren van deskundige kennis genoemd, met daarnaast de mogelijkheid om gebruik te maken van de kennis van lokale erfgoedorganisaties. Matthijs Burger: "Ik ken kleine gemeenten die gebruik konden maken van vrijwilligersorganisaties, die heel goed inzetbaar waren. Natuurlijk moeten die organisaties er dan wel zijn. In zo’n situatie ben je als erfgoedambtenaar afhankelijk van je omgeving. Dan moet je met deze organisaties een relatie aangaan, zodat zij goed kunnen functioneren. Op die manier kun je veel voor elkaar krijgen.”
Tips
- Maak actief gebruik van de lokale kennis omtrent erfgoed en betrek deze kennis niet alleen op het (officiële) participatiemoment, maar al veel eerder in het ontwikkelproces. Dat vereist helderheid over de invulling van je rol als professional. Lokale kennis kan goed worden ingebracht bij het proces van totstandkoming van visie en plan.
- Benadruk aan alle belanghebbenden dat zorgvuldige participatie tijd kost, en dat er slim met de beschikbare tijd omgegaan dient te worden.