Het Lauwersmeer
Het Lauwersmeer, gelegen tussen Groningen en Friesland, is in 1969 door de aanleg van een afsluitdijk onttrokken aan de Waddenzee. De aanleiding voor de afsluiting was de watersnoodramp in 1953, die een grote heroverweging van de Nederlandse zeedijken teweegbracht. Niet alleen in Zeeland en Zuid-Holland, maar ook in Groningen en Friesland werden de kustlijnen onderzocht op zwakke punten. De conclusie was dat het gebied rond de Lauwerszee, zoals het water voor de afsluiting heette, onveilig was voor omwonenden. De keuze ging tussen het verhogen van de oude dijken en het gebied afsluiten met een nieuwe dijk. Hierdoor zou de kustlijn korter worden en daardoor beter te beschermen zijn. De aanleg van deze afsluitdijk had grote voordelen voor het gebied; het was beter beschermd tegen het water en een deel van het nieuwe meer kon worden drooggelegd en ontgonnen. Door aanleg van de dijk veranderde de Lauwerszee in een zoetwatermeer. Het nieuwe land werd ingericht voor landbouw, recreatie en natuurgebied voor vogels en andere dieren. Ook kreeg Defensie een deel ter beschikking voor een oefenbasis.