Centrale markthal in Amsterdam weer in de schijnwerpers
Tijdelijk gebruik voor evenementen en mediaproducties kan leegstaande monumentale panden nieuw leven inblazen. Dat geldt in ieder geval voor de centrale markthal in Amsterdam. Deze was jarenlang niet toegankelijk, maar staat door diverse beurzen, bijeenkomsten en voorstellingen weer helemaal in de schijnwerpers.
Geschiedenis centrale markthal
De centrale markthal werd ontworpen door architect Nico Lansdorp van de Dienst Publieke Werken Amsterdam. Voorheen werd de centrale groentemarkt van Amsterdam aan de Marnixstraat gehouden, maar een nieuwe, beter bereikbare locatie was nodig. Initiatiefnemer voor de markthal was de sociaaldemocratische wethouder Salomon de Miranda die tal van maatregelen nam om Amsterdam leefbaarder te maken. Hierbij hoorde ook een groot marktterrein om de voedselhandel van de stad centraal te regelen. In tegenstelling tot de voorgaande locatie konden de Centrale Markthallen aan de Jan van Galenstraat makkelijk via het water, het spoor en met de auto bereikt worden. In 1934 vond tijdens een nationale tuin- en landbouwtentoonstelling de feestelijke opening plaats. In de jaren negentig kwam het gebouw leeg te staan en sinds 2007 heeft de hal de status van rijksmonument. Met de ontwikkeling van het Marktkwartier moet de hal een publieksfunctie krijgen, met bijvoorbeeld een overdekte dagmarkt en horecavoorzieningen. Het zuiden van het terrein wordt ontwikkeld tot woonwijk.
De Locatiecentrale: tijdelijke verhuur van leegstand
De centrale markthal in Amsterdam wacht al jaren op een nieuwe functie. Om de periode van leegstand te overbruggen wordt het monumentale pand verhuurd voor beurzen, evenementen en theatervoorstellingen. Tijdelijk gebruik van een monument voor evenementen of mediaproducties kan helpen om de locatie bekendheid te geven bij een groter publiek. De tijdelijke verhuur genereert ook inkomsten die de eigenaar kan gebruiken voor het onderhoud en beheer. Maar er zijn ook aandachtspunten. Welke evenementen zijn passend en welke niet? Welke afspraken maak je? Hoe voorkom je schade? René Schers is een van de oprichters van De Locatiecentrale en is dagelijks bezig met de exploitatie van (monumentale) locaties. De Locatiecentrale faciliteert eigenaren die hun pand willen verhuren voor evenementen of andere vormen van tijdelijk gebruik. Schers legt uit wat de voordelen hiervan zijn: ‘Wanneer een gebouw leegstaat, kan dit helpen om het proces van herbestemming te versnellen. We zien vaak dat partijen die langskomen tijdens een evenement later ook een rol spelen bij het nieuwe gebruik, bijvoorbeeld als onderdeel van een gebruikerscollectief.’
Food Center Amsterdam
De centrale markthal uit 1934 in Amsterdam is zo’n leegstaand monument. De voormalige groothandel in levensmiddelen staat in afwachting op een nieuwe bestemming al sinds de jaren negentig leeg. Het rijksmonument wordt naar verwachting vanaf 2020 door BOEi gerestaureerd en moet een prominent onderdeel worden van het Food Center Amsterdam. Lange tijd was het pand niet toegankelijk. Daar kwam in 2014 verandering in met een voorstelling van het Nederlands Dans Theater in het kader van het Holland Festival. De Locatiecentrale wordt sindsdien door BOEi ingeschakeld om de belangen te behartigen bij de verhuur van de markthal, die vanwege de grootte en het monumentale karakter een geliefde plek is voor evenementen en filmproducties. De voormalige functie is daarbij een leidmotief, aldus Schers: ‘Het gaat meestal om food-gerelateerde evenementen.’ Bij dit soort grootschalige bijeenkomsten zijn er de nodige aandachtspunten. Schers: ‘We maken vooraf afspraken met de andere gebruikers van het terrein. Omdat het vaak om grote evenementen gaat, wordt de gemeente, maar ook de brandweer hierbij betrokken.’
"Ga met de prijs liever te hoog dan te laag zitten. Dan schrik je namelijk ook de partijen af die je toch niet over de vloer wilt hebben."
Goede afspraken nodig voor gebruik monument
Ook met de gebruikers worden afspraken gemaakt. Voor de markthal geldt bijvoorbeeld dat er geen gebruik gemaakt mag worden van het buitenterrein. Open vuur is uit den boze, net als het blokkeren van de (nood)uitgangen. Vanwege het tijdelijke gebruik van het monument, mogen geen wijzigingen worden aangebracht. Er mag dus niet geboord of geschilderd worden. Schers vertelt: ‘Laatst kreeg ik een verzoek of voor filmopnamen de muren van een locatie zwart geschilderd mochten worden. Dat hoeft op zich geen probleem te zijn, zolang je vastlegt dat alles in oorspronkelijke toestand teruggebracht wordt. Maar bij een monument wil je zoiets natuurlijk niet.’ Hij adviseert eigenaren van tevoren afspraken goed en gedetailleerd vast te leggen, bijvoorbeeld over welke ruimtes gebruikt mogen worden. ‘Zo’n productiebedrijf neemt de hele locatie over. Zet dus alles op papier en loop het pand bij de sleuteloverdracht goed na. Check ook of deze vormen van tijdelijk gebruik binnen je verzekering vallen en win advies in bij mensen die hier ervaring hiermee hebben.’
Ketchup op het kerkhof
In zijn werk koppelt Schers mensen uit het erfgoedveld aan productiebedrijven: twee totaal verschillende werelden. ‘Erfgoedmensen hebben soms weken tot maanden nodig om tot een besluit te komen, maar in de evenementen- en mediawereld gaat alles juist heel snel. Als ze je vandaag bellen, verwachten ze morgen al een antwoord, anders zijn ze alweer met drie andere locaties bezig.’ Hij maakt dan ook wel eens mee dat die werelden botsen: ‘Kerken zijn populair voor filmopnamen, maar vanwege sentimenten van de eigenaar en de omgeving gaat dat niet altijd goed. We hebben wel eens een verzoek van een Nederlandse televisieserie gekregen om een moord op een begraafplaats te filmen. Dat is uiteindelijk niet doorgegaan, omdat betrokkenen er niet van gecharmeerd waren dat daar een televisieploeg zou komen om bussen ketchup leeg te spuiten.’ Voor monumenteigenaren die wel oren hebben naar tijdelijke verhuur, heeft Schers nog een tip om het kaf van het koren te scheiden: ‘De vergoeding die particulieren vragen, is vaak veel te laag. Ga met de prijs liever te hoog dan te laag zitten. Dan schrik je namelijk ook de partijen af die je toch niet over de vloer wilt hebben.’