P.C. Hoofthuis Amsterdam
Op een langwerpig kavel tussen Spuistraat en Singel waar voorheen het gebouw van de Twentsche Bank, en in een verder verleden het woonhuis van P.C. Hooft stond, verrees in 1984 het P.C. Hoofthuis. Hierin werden collegezalen en andere voorzieningen van de Faculteit der Geesteswetenschappen van de Universiteit van Amsterdam ondergebracht. Vanaf 1976 werkten architecten Aldo van Eyck en Theo Bosch samen aan het ontwerp, maar na onenigheid tussen hen hierover richtte Bosch zijn eigen bureau op en voltooide hij het plan onder zijn eigen naam. Het P.C. Hoofthuis heeft een 115 meter lange gevel en telt acht verdiepingen. Om het gebouw qua schaal te laten aansluiten bij de omliggende grachtenpanden is de gevel voorzien van insnoeringen en erkers. De insnoeringen zorgen ook voor voldoende daglicht dieper in het pand en helpen de gebruikers zich te oriƫnteren in het gebouw en ten opzichte van de omgeving. Opvallend is de open, democratisch genoemde, opstelling van de collegeruimtes. De lokalen hebben halfhoge muren die oorspronkelijk zo waren bedoeld dat ook passanten in de gangen de colleges zouden kunnen volgen. Omdat dit echter te verstorend werkte, heeft men al snel glazen wanden geplaatst. Het interieur wordt gekenmerkt door kleuren die de routing door het pand aangeven. In 2018 kwam het gebouw in de aandacht na een kortstondige bezetting door protesterende studenten van de Universiteit van Amsterdam.
Het P.C. Hoofthuis hoor bij verhaallijn Groei.