Advies voorafgaand aan een aanvraag omgevingsvergunning
Voordat een aanvraag van een omgevingsvergunning voor een rijksmonumentenactiviteit wordt ingediend, kan een initiatiefnemer (vaak de eigenaar van een archeologisch rijksmonument) contact zoeken met de gemeente of een omgevingsdienst met vragen over de voorgenomen plannen. Het is in dit voortraject mogelijk en ook zeer wenselijk om de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te benaderen voor advies. Dit kan zowel de gemeente als de initiatiefnemer doen.
Een eerste contact tussen de initiatiefnemer en de gemeente is hét moment om algemene informatie te geven over de mogelijkheden ter plaatse van een archeologisch rijksmonument. Betrek (indien aanwezig) de collega archeologie van de gemeente of de adviseur archeologie van bijvoorbeeld de omgevingsdienst of regio bij alle vormen van overleg over een archeologisch rijksmonument.
Overleg in een vroeg stadium is raadzaam, omdat het dan vaak nog mogelijk is om een (bodem)verstorend plan aan te passen, zodat het archeologisch rijksmonument in situ – Latijn voor ‘ter plaatse’ – kan worden behouden. Dit is bij rijksmonumenten het uitgangspunt. Vroegtijdig vooroverleg kan een gunstig effect hebben op de uitkomst en doorlooptijd van de vergunningprocedure en de kosten. Ook wordt het voor de initiatiefnemer inzichtelijk of archeologisch vooronderzoek nodig is en welke gegevens en stukken bij de vergunningaanvraag ingediend moeten worden om deze in behandeling te kunnen nemen.
Bekijk in onderstaande wegwijzer wanneer en hoe u de RCE kunt betrekken bij het voortraject.
Op de Kennisbank van de RCE is meer juridische informatie over de omgevingsvergunning te vinden.